Mirjam Wesselink de Barrientos, sopraan, begon haar muziekstudie op de piano aan het Sweelinck Conservatorium van Amsterdam en sloot deze af met hoofdvak zang aan de Hoge School van de Kunsten Utecht. Zij studeerde daar bij Marianne Blok (techniek en opera) en Hanneke Laméris (lied interpretatie. Opera-Masterclasses volgde ze o.a. bij Mia Besselink en Christina Deutekom. Zij legde zich toe op de vertolking van Spaanstalige liederen en het Italiaanse klassieke repertoire, muziek met welke zij van jongs af aan vertrouwd was en waarmee zij meerdere malen optrad in het Concertgebouw van Amsterdam.
Een specialiteit van haar is het arrangeren van liederen voor uiteenlopende bezettingen. Zo arrangeerde zij voor haar eerste CD “Caminante” oud-Spaanse liederen van García Lorca voor zang, viool en piano. Tussen de talloze projecten die volgden bevinden zich arrangementen op liederen van Rossini en Donizetti voor zang, gitaar en contrabas (CD “Barcarola”), Zigeunerlieder van Dvorak voor zang, viool en piano en vele bewerkingen op liederen van ondermeer Mozart, Beethoven en Viardot voor zang viool en gitaar welke zij uitvoerde met gitarist Michael Goldort en violist Mikhail Bezverkhni. Voor dezelfde bezetting maakte ze naar Bizets Carmen een eigen suite.
Voor Ensemble Romancero componeerde zij “Het lied van Roelant” en het hier gepresenteerde “Floris ende Blancefloer”.
Zoltán Kodály (1882-1967) Acsitári hegyek alatt / Winter kam durch’s Land gezogen